54K0515: Wetsvoorstel tot wijziging van artikel 2 van de wet van 6 augustus 1931 houdende vaststelling van de onverenigbaarheden en ontzeggingen betreffende de ministers, gewezen ministers en ministers van Staat, alsmede de leden en gewezen leden van de Wetgevende Kamers.
Volgens de indienster schept de cumulatie van bepaalde ambten vaak niet meteen de optimale voorwaarden om de mandaten met de vereiste onafhankelijkheid uit te oefenen. Dit wetsvoorstel strekt ertoe, voor een minister, elk risico op mogelijke belangenvermenging tussen zijn ministersambt en een extern mandaat te voorkomen. Daartoe wil het wetsvoorstel het ministerieel ambt onverenigbaar maken met bepaalde mandaten, en in casu met een mandaat als lid van een raad van bestuur van een autonoom overheidsbedrijf dat afhangt van de Federale Staat, een Gemeenschap of een Gewest.